Afscheid van Bali en Hallo Bandung : We komen (misschien)

23 maart 2020 - Bandung, Indonesië

De eerste dagen van maart heeft duidelijk een verandering in het weer gebracht. Ik weet het: We zitten nog in een zogenaamde “R maand”. 

Indonesie kent twee seizoenen. Een droge en een natte. Om met het laatste te beginnen kun je het volgende zeggen: Als het op het noordelijk halfrond herfst ,winter en voorjaar is  dan leven we in indonesie in de R maanden. September tot en met April. In iedere maand komt de letter R voor ( Op het zuidelijk halfrond is het dan zomer en bij ons is het koud. Brrrr) En dan heerst hier de natte moeson periode. Het is wel warm maar de kans op regen is heel groot. Overdag is het dan nog meer dan 30 graden warm  en ‘savonds koelt het af naar 22 graden.  Maar als het regent dan plenst het keihard . Kaatje zegt altijd haar moeder na: “ Het regent “ mennekes”. De regen komt dan in rechte stralen naar beneden. In geen tijd ben je door en door nat. Overstromingen vinden dan plaats. Hoofdstad Jakarta staat geregeld tot kniehoog onder water. In de bergen, zoals in Bandoeng of centraal Bali zoals Bedegul, is het frisser dan aan de kust. Het is  in de avonduren best dingin , koud. Maar goed.

In Pererenan zitten we aan de kust. Maar de laatste dagen is het vaak bewolkt “ mendoeng”.  Jammer voor diegenen die het avondrood willen zien over de zee. Om 18.30 gaat het daglicht uit zonder “sunset”. Gelukkig hebben we er een paar gezien.  Zonder lange schemeruren. De week na mijn verjaardag was het bar en boos weer. Een paar hele flinke buien gehad. Maar ook droge perioden. Hari roegi voor de stranduitbaters. Verliesdagen. Naar “ de stad gaan” is er hier niet bij. Je moet dan met de auto, taxi of scooter gaan. Op de scooter rijdt “de jeugd” zonder  bovenkleren aan tegen het nat worden als het regent. Op deze dagen blijven we “thuis”. En bereiden we ons voor op het vertrek naar Bandoeng op Java. Per vliegtuig is dat drie uur vliegen met 1 overstap in Soerabaja.

Een hotel in Bandoeng hebben we al geboekt. Het is hetzelfde hotel waar we het vorig jaar met kleinzoon Kay zijn geweest. Dus de afreis kan beginnen.

Made reed eerst 1 uur van zijn huis naar ons om ons naar het vliegveld te brengen.Dan reed hij in 1,5 uur door Changgu en Kuta naar  het vliegveld “Domestic”. We gaan met een 1 uur durende binnenlandse vlucht eerst naar Soerabaja. We moeten daar overstappen en daarna met een ander vliegtuig is het nog twee uur vliegen naar Bandoeng. Wat een gedoe allemaal.

De vlucht van Bali naar Soerabaja hebben we twee keer gemaakt!  Hoe dan? Waarom?

We vertrokken op tijd met een Airbus naar Soerabaja. Het was mooi helder weer. Dus bij de start vlogen wij over de baai waar ook Changgu en de stranden liggen. De plek waar we leuke dagen hebben doorgebracht. Een laatste blik naar beneden en dan verder naar het westen kijken. Niet lang daarna doemden de eerste donderwolken op en zagen we niets meer van de zee beneden ons.  We werden dringend verzocht de zitgordels  vast te zetten: “ We fly into a bad wheather zone”. Ok dat deden we dan. Even later begon het  vliegtuig te trillen en te bonken door de heftige turbulentie. Alsof je met platte autobanden over een weg met kuilen reed. In een flits dacht ik aan de Boeing 737 max probleem met zijn niet goede sensoren. Twee vliegtuig ongelukken is genoeg. En dit is een Airbus  en geen Boeing. Dus “buatan Europa” . Made in Europe. Dat stelde mij gerust. En we vlogen verder. Het schemerde toen we Soerabaja na 50 minuten vliegen naderden. We konden de huizen en sawahs en later fabrieken beneden ons goed zien. En de landingslrocedure werd ingezet met “ Cabin crew take your places”. De vliegende horeca dames gaan dan bij de ontsnappings deuren zitten. En het vliegtuig ging dalen. En op de motoren afremmen. Maar dit duurde maar even. Een minuutje maar. Want plotseling zag ik de vleugel een andere hoek maken met de zichtbare grond. En het vliegtuig maakte een doorstart en ging weer omhoog!  Grote verbazing alom, 
“ Here is the captain speaking: We fly back to Den Pasar on  Bali to refuel” hoorden we via de boordintercom. Nog meer verbazing bij de passagiers en bij ons ook. Gaan we dan daarna ook weer terug van Bali naar Soerabaja? Dat betekent twee keer door dat stormgebied vliegen! Ik werd weer bang voor dat gebonke bonk van dat vliegtuig. Hoewel het is een stevig ding praatte ik me in.  Ja, we vlogen terug. Op Bali werd er getankt en we vlogen terug naar Soerabaja. Met uren vertraging kwamen we daar aan. 

 Wachten op aansluiting op Soerabaja.

Door het noodweer zijn er allemaal vertragingen gekomen. Dus wij moesten in de boarding area wachten. Het was een leuke en interessante ervaring. Je moet je voorstellen dat we naar het westen van Indonesie vlogen. Maar er waren ook heel veel mensen die naar het oosten terug vliegen. Naar het oostelijk deel van Indonesie Nusa Tengara. Wat houdt dit in? Welke eilanden zijn dit? Nu, dreun ze maar op Bali,Lombok, Soemba,Soembawa etc etc tot Irian Jaja toe inclusief de zuid en noord molukken En niet te vergeten Soelawesi (Celebes). Maar wat is er dan zo bijzonder aan? De verschillende bevolkingsgroepen die daar in de ruimte zitten. Kitty is het niet zo sterk opgevallen en heeft zich helemaal niet “ lonely among the crowd” gevoeld: Zij en een predikante waren de enige westerlingen - ik sluit mezelf even buiten - tussen honderden lokale mensen. De predikante ging in een Starbucks Koffieshop zitten en niet bij haar “gemeenteleden?”die met haar meereisden.  Wij bleven tussen hen zitten. Aan de manier waarop ik loop zien ze dat ik “ orang asing” ( vreemdeling”)  ben. Maar ik zag wel een hele hoop vraagtekens in hun ogen en geveinsde onverschilligheid toen Kaatje en ik naast elkaar gingen zitten.  Ik hoor ze denken: “ Orang apa ini ja?”. (Wat is dit voor persoon?) “ Ia bisa bitjara bahasa Indonesia dan bahasa lain juga” (Hij kan Indonesisch en ook nog een andere taal spreken.) Dat vroegen zij zich af uit nieuwsgierigheid. Sommige “tante tante” Molukse vrouwen met molukse kabaja’s aan bleven netjes , zwijgend, gelaten op hun stoelen zitten. Mannen, die hun schoenen hebben uitgedaan, zaten of lagen of hurkten op de tegelvloer! Ja hurkend. Ik wist niet dat dit kon. Sommigen keken wezenloos voor zich  uit en vroegen zich misschien af: Wanneer gaan we vliegen.  Ze waren oververmoeid. Kaatje en ik ook.

Vliegen naar Bandoeng. Dit deden we met een turbopropeller vliegtuig. Dus geen straalding Maar eentje met die draaiende verticale molenwieken op de vleugels. Dit was voor het eerst. En het was comfortabel ook nog. Veel stiller dan een Airbus straalgeval. Hij gaat weliswaar niet zo snel maar we hebben toch al ruim 5 uur vertraging. Dus we komen er wel. 

Het hotel is besproken. Hetzelfde  hotel van vorig jaar met Kay. Hotel Tibera. Het staat in de wijk waar we vroeger gewoond hebben.  Dus dat is ook leuk. Bekend terrein. We gaan niet in mijn geboorteplaats Cimahi slapen. Wel gaan we ons hoofddoel van deze reis doen. Het gerenoveerde  graf van oma Cets, de moeder van mijn moeder bezoeken: Beri Hormat.

Beri = geven Hormat =  Eer

Het vorige jaar kon ik er niet naar toe in verband met mijn darmklachten. Kitty is er wel naar  toe gegaan. En nu gaan we samen zoals beloofd.En die belofte komen we nu na.

Foto’s

2 Reacties

  1. Jeanne hendrikse:
    23 maart 2020
    ik heb genoten van je reisverhalen Ron, wij (pieter) en ik wensen jullie een mooi eerbetoon en een goede terugreis....tot kijk in Nederland,
    jeanne
  2. Inge:
    23 maart 2020
    Wow! Dat is spannend geweest! En een bijzonder vermoeiende reis 🥴
    Geniet van jullie verblijf in Bandung, zorg voor bescherming! Want de ervaring heeft geleerd dat de officiële Indonesische cijfers volkomen onbetrouwbaar zijn. Corona heeft ook daar met het vochtige klimaat toegeslagen.. gelukkig verblijven jullie in Bandung; drogere lucht 😄
    Pas goed op elkaar op! Hati hati‼️ 😷😷